Gisteren diende de zaak tegen de Staat vanwege de onmenselijke vliegherrie door Schiphol. Bij een onwelgevallig vonnis gaat het kabinet niet over tot krimp van het vliegveld, zo kondigde een hondsbrutale landsadvocaat alvast aan.
Het tekent de mentaliteit die in het landsbestuur kon ontstaan na twaalf jaar leiderschap van Mark Rutte. Wetten gelden voor iedereen, behalve voor de Staat als het even niet uitkomt.
Het economisch belang van Schiphol zou te groot zijn om forse krimp te realiseren, zo vertelde de advocaat die is ingehuurd door demissionair minister Mark Harbers. Tot een harde onderbouwing van die veronderstelling kwam het overigens niet, ook niet na doorvragen van de rechter.
Dat kan ook helemaal niet, want de jongste rapporten geven allemaal aan dat krimp van Schiphol juist een positief effect heeft op de samenleving. Minder herrie, minder vervuiling, minder klimaatschade, minder gezondheidsproblemen, minder beslag op de arbeidsmarkt en publieke middelen, meer woningbouw en meer levensgeluk worden allemaal mogelijk bij krimp van het vliegveld.
De plank mis
Met de zwaar aangezette semi-economische argumenten sloeg de raadsman volledig de plank mis. Deze zaak draait immers om mensenrechten, het recht van ieder mens op een schone en gezonde leefomgeving, zonder inbreuk door derden. Het winstbejag van bedrijven mag dit recht niet in de weg staan. Dat recht is tot in de hoogste regionen erkend, sinds de Verenigde Naties het twee jaar geleden omarmden.
Het vliegverkeer van en naar Schiphol maakt juist ernstige inbreuk op dit recht. In buurgemeenten loopt het aantal gehinderde burgers op tot 40 procent van de totale bevolking. Nachtvluchten zorgen voor gezondheidsproblemen bij grote groepen mensen.
Volgens de landsadvocaat valt het allemaal wel mee met die overlast. Hij lepelde cijfers op als zou de overlast rond Schiphol juist zijn afgenomen in de afgelopen decennia. Maar die fictieve afname vindt zijn oorzaak in onjuiste berekeningen door de overheid, zo betoogden de advocaten van de stichting RBV die de zaak tegen de Staat aanspande.
Papieren werkelijkheid
Er wordt gerekend met verkeerde formules, de grootste groep gehinderden wordt niet meegenomen in die berekeningen omdat ze buiten een geluidscontour wonen en huizen die na 2006 zijn gebouwd vallen ook buiten de calculaties. Op die manier kan de papieren werkelijkheid altijd passend worden gemaakt op de gewenste uitkomsten.
Het is bovendien opmerkelijk dat het aantal meldingen van vliegherrie sinds het begin van dit decennium is geëxplodeerd. Dat staat haaks op de visie van de landsadvocaat dat het wel meevalt met de overlast.
RBV betoogt dat het aantal vluchten op Schiphol makkelijk terugkan naar 250.000 zonder noemenswaardige schade aan de economie. Dat kan door bijvoorbeeld Schiphol onaantrekkelijk te maken voor overstappers en door een deel van de vluchten te vervangen met treinen.
Helemaal geen maatregelen
De landsadvocaat denkt dat zo’n scenario nauwelijks iets oplevert. “Zelfs bij het invoeren van de WHO-richtlijnen (maximaal 45 decibel gemiddeld over een etmaal en 40 decibel gedurende de nacht, red.) wordt de bescherming niet gehaald.” Daarmee is zijn standpunt impliciet dat er dan maar helemaal niets moet worden gedaan aan de vliegherrie. Een gotspe.
Volgens de raadsman is het ministerie al heel druk met maatregelen om de overlast van Schiphol terug te dringen. Zo wordt gewerkt aan marginale krimp die “ook door de bewoners is goedgekeurd”. Hij doelt hiermee op het bizarre, gewijzigde advies dat werd uitgebracht in de nadagen van de Omgevingsraad Schiphol (ORS).
“Een meesterzet”, noemde één van de ORS-/MRS-leden dat advies toen. Maar het advies was nog niet binnen, of het ministerie versoepelde de plannen alweer ten gunste van de vliegindustrie. En nu wordt dat ‘fiat’ zelfs aangevoerd in een rechtszaak als argument tegen de belangen van omwonenden.
De rechters bleken gisteren goed wakker. Zij vroegen meerdere keren door op de niet-onderbouwde argumenten van de landsadvocaat. Op 20 maart volgt uitspraak. Nog niet duidelijk is of dat een tussenvonnis wordt of een finaal oordeel. “Het is ingewikkelde materie”, aldus de voorzitter van de rechtbank.