Quantcast
Channel: SchipholWatch
Viewing all articles
Browse latest Browse all 186

Milieudienst en overlegorgaan weigeren presentatie onderzoek omwonenden

$
0
0
RTHA

Bewonersvereniging BTV-Rotterdam heeft een groot onderzoek gedaan naar de overlast van het vliegverkeer. Nu de resultaten beschikbaar zijn, zegt omgevingsdienst DCMR geen behoefte te hebben aan een nadere toelichting.

Ook de kersverse voorzitter Monique List-de Roos van het regionaal vliegveldoverleg CRO-Rotterdam weigert een presentatie van de resultaten.

Dit blijkt uit een persbericht dat BTV gisteren verspreidde. De vereniging is wél welkom om de onderzoeksresultaten te presenteren bij Provinciale Staten in Zuid-Holland én in de gemeenteraad van Rotterdam.

Want die resultaten liegen er niet om. Uit de antwoorden op de enquête onder 1615 huishoudens wordt duidelijk dat maar liefst 96 procent het vliegveld niet vertrouwt. Dat is een schrijnend contrast met eigen cijfers van Rotterdam Airport (RTHA) dat openlijk pocht met een buren-beoordeling van 8,1 op een schaal van 1 tot 10.

Parallelle realiteiten
Het lijken twee parallelle realiteiten, die van het vliegveld en die van omwonenden, temeer daar geen van de ondervraagden in het BTV-onderzoek aangeeft ooit een bijdrage te hebben geleverd aan het burenonderzoek van RTHA.

Slechts de helft van de mensen die zeggen overlast te ervaren, doet er melding van bij DCMR. In Rotterdam is de onafhankelijke omgevingsdienst belast met het inventariseren van de meldingen, rond Schiphol is dat gewoon het vliegveld zelf – in de vorm van het Bewoners Aanspreekpunt Schiphol (BAS).

Desondanks explodeerde het aantal meldingen in 2023 naar 160.000. Een jaar eerder waren dat er nog ‘maar’ 100.000. Het is een ongekend hoog aantal klachten over één bedrijf dat qua economisch belang en werkgelegenheid niet veel verder reikt dat twee flinke supermarkten.

Werkgroep tandeloos
Enkele jaren geleden – toen het aantal overlastmeldingen opliep naar 36.000 per jaar – stelden de Provincie Zuid-Holland en de CRO een werkgroep in die de overlast van het vliegverkeer moest terugdringen. In die werkgroep bleek later plek voor slechts één bewoner. Het is overduidelijk dat de werkgroep niets heeft bereikt, gezien de ruime verviervoudiging van het aantal meldingen.

Met dit resultaat heeft de werkgroep in ieder geval niet beantwoord aan de eisen uit de politiek. Provinciale Staten stelde destijds bij meerderheid van stemmen dat de overlast moest worden teruggedrongen. Een verviervoudiging past niet binnen die opdracht.

De snelle stijging van het aantal meldingen is des te opmerkelijker nu uit het BTV-onderzoek blijkt dat de helft van de mensen die overlast ondervindt nooit een melding maakt bij de instanties. Omgekeerd betekent dit dat bij consequent melden door iedere ondervraagde het aantal meldingen zelfs zou verdubbelen tot 320.000 in 2023.

‘Melden heeft geen zin’
Van de mensen die nooit (meer) een melding van de overlast maken, denkt liefst tweederde dat het toch geen zin heeft. Andere redenen om er vanaf te zien is dat het melden teveel tijd kost, de website van DCMR kampt met storingen, het proces te ingewikkeld is of dat men zich snel voelt weggezet als ‘veelmelder’.

Veertig procent van de mensen die wél blijven melden maakt zich vooral zorgen over de negatieve effecten van het vliegverkeer voor mens en milieu. Anderen melden vooral omdat zij bang zijn dat het openbaar bestuur de indruk krijgt dat het wel meevalt met de overlast als zij stoppen met melden of vinden het de enige manier om een signaal af te geven.

Uit het BTV-onderzoek blijkt ook dat omwonenden zich grote zorgen maken over de negatieve effecten van het vliegverkeer. Zo’n 90 procent vreest voor de eigen gezondheid én voor het klimaat.

Wachten beu
Al drie jaar geleden kondigde DCMR via een persbericht aan een onderzoek te starten naar de redenen waarom mensen wel of geen vliegtuigoverlast melden. Dat onderzoek is er nooit gekomen en staat nog steeds niet in de planning van de omgevingsdienst.

BTV was het wachten beu en startte daarom uit arren moede het eigen onderzoek, waarvan de resultaten nu niet gepresenteerd mogen worden bij de omgevingsdienst en de CRO, maar wél in de gemeenteraad van Rotterdam en in Provinciale Staten van Zuid-Holland.

Bron


Viewing all articles
Browse latest Browse all 186